STRAAT zet met gepaste trots het werk van onze voorgangers voort wat betreft het tentoonstellen van graffiti en street art als galerie- en museumwaardige kunstvorm. Vandaar dat we stilstaan bij tentoonstellingen uit het verleden die aan de basis staan van wat wij vandaag de dag doen, in onze serie artikelen getiteld STRAAT pays homage. Wie zijn geschiedenis immers niet kent, begrijpt heden noch toekomst...
Fab 5 Freddy en Lee Quiñones in Galleria La Medusa, Rome, 1979
Hoewel onze vrienden van de Dutch Graffiti Library eerder dit jaar een bijzondere graffiti-gerelateerde tentoonstelling in een Amsterdamse galerie in 1975 hebben herontdekt, beschouwen we de expo in La Medusa als de allereerste tentoonstelling van graffitikunst in Europa - of in ieder geval als de eerste tentoonstelling van graffiti gekaderd als kunst.
Hoe gebeurde het dat graffiti-iconen Fab 5 Freddy en Lee in de late jaren ‘70 hun werk tentoonstellen in een Romeinse galerie? Ook dit verhaal begint logischerwijs in New York. Daar realiseerde een jonge Fred dat ‘graffiti in vele gevallen niet onderdoet voor werk in musea voor moderne kunst’. Via zijn vriend Glenn O’Brien kreeg Fred het voor elkaar dat Howard Smith voor de Village Voice een artikel over hem publiceerde. Fred maakte van deze gelegenheid gebruik om een brug te bouwen tussen graffiti en de kunstwereld van downtown New York:
“Het wordt tijd dat iedereen inziet dat graffiti de meest pure vorm van kunst uit New York is. Wat is er nog meer geëvolueerd vanuit de straat? … Het moge duidelijk zijn dat we beïnvloed zijn door Warhol, Crumb en Lichtenstein.”
Fab 5 door Lee
Om zijn stelling dat graffiti een nazaat van popart is te versterken, paintte Fred kort na het verschijnen van het Village Voice-artikel zijn iconische Campbell soup-metro. In het artikel etaleert Fred niet alleen zijn kennis van de kunstgeschiedenis, ook zijn ondernemersgeest spat van de pagina’s af. In een poging ‘nieuwe manieren te vinden om ons werk van de straten naar een hoger niveau te tillen en een nieuw publiek aan te spreken’ stelde Fred zijn graffitikunst beschikbaar per vierkante foot.
Een van de velen die contact opnamen met Fred - zijn telefoonnummer stond vermeld in het Village Voice-artikel - was Claudio Bruni, eigenaar van de Galleria La Medusa en tevens manager van het nalatenschap van Giorgio de Chirico. Hij kocht graffitikunst van Fred en Lee, en zodra hij het werk met eigen ogen zag, bood hij ze een duo-tentoonstelling aan in La Medusa. En zo bevonden Fred en Lee zich eind jaren ‘70 ineens in Rome.
De tentoonstelling was niet alleen een groot succes, achteraf gezien bleek deze ook een voorbode te zijn van de enorme explosie graffitikunst van de vroege jaren ‘80, een onderwerp dat we zullen behandelen in de aankomende STRAAT pays homage-artikelen.
---
Tekst: Alex Pope
Foto’s via ArtNews.com / Fab5Freddy.com